René Froger ligt onder vuur na scherpe uitspraken in de talkshow De Oranjezomer. De zanger uitte zijn frustratie over jonge artiesten die volgens hem te snel te hoge bedragen vragen voor optredens. Als voorbeeld noemde hij zanger Samuel Welten, die met slechts één hit op zijn naam al aanzienlijke gages zou rekenen. Zijn woorden zorgden voor felle reacties, waarbij ook zijn eigen familie niet onbesproken bleef.
Aan tafel bij het programma stelde Froger dat er momenteel veel nieuwe Nederlandstalige artiesten opstaan, maar dat er volgens hem ook “zoveel bagger tussen zit.” Hij benadrukte dat artiesten eerst hun talent zouden moeten ontwikkelen voordat ze hoge bedragen vragen.
Daarbij noemde hij voorbeelden van optredens waar 10.000 euro werd gevraagd, terwijl de artiest in kwestie pas één succesnummer had uitgebracht. De kritiek werd door veel kijkers en collega’s als hard ervaren.
Tegengeluid uit de entertainmentwereld
Niet iedereen is het met Froger eens. Verschillende stemmen in de entertainmentwereld benadrukken dat het voor jonge artiesten juist slim kan zijn om in korte tijd veel te verdienen. In de muziekwereld is succes immers onvoorspelbaar en vaak van korte duur.
Privé-journalist Jan Uriot reageerde in zijn rubriek Wat Vindt Jan fel op de opmerkingen van Froger.
“Toen dacht ik even: heb je al eens naar je eigen kinderen geluisterd?”, sneerde Uriot, doelend op het muzikale werk van Frogers zoon en dochter.
Optreden zelf ook onderwerp van kritiek
Tijdens dezelfde uitzending zong Froger samen met rapper Baas B het nummer Amsterdam van Maggie MacNeal. Het optreden werd echter niet onverdeeld positief ontvangen. Uriot vergeleek het met een recent optreden van Maggie MacNeal zelf, dat volgens hem zuiverder en beter klonk.
“Baas B had gewoon met Maggie moeten bellen, dus waarom nou met René Froger?”, aldus Uriot, die ook opmerkte dat Froger het nummer in een te hoge toonsoort zong.
Froger nuanceert maar blijft bij zijn standpunt
Onder druk van de aanhoudende kritiek nuanceerde Froger later zijn woorden. Hij gaf toe dat zijn opmerkingen hard waren aangekomen, maar benadrukte dat vakmanschap volgens hem altijd belangrijker blijft dan snelle financiële winst.
Zijn standpunt bleef daarmee ongewijzigd. De ophef laat zien hoe gevoelig de balans is tussen artistieke integriteit en commercieel succes in de muziekindustrie. Het publieke debat hierover lijkt voorlopig nog niet te verdwijnen.