Youp van ’t Hek heeft in zijn column in NRC ongemeen hard uitgehaald naar Gordon. Aanleiding daarvoor is het voornemen van de zanger om het graf van Whitney Houston te laten opknappen. Dat idee ontstond nadat Gordon vorige week een bezoek bracht aan haar laatste rustplaats, waar hij naar eigen zeggen geschokt was door de desolate staat van het graf.
Zonder toestemming van de nabestaanden overwoog hij daar verandering in te brengen. Die actie is bij Youp volledig in het verkeerde keelgat geschoten.
Opgevoerd theater aan het graf
Tijdens zijn bezoek aan het graf, zo liet Gordon via Instagram weten, was hij diep teleurgesteld over de manier waarop de wereldster begraven is. Hij noemde het graf slecht onderhouden en sprak zijn verbazing uit over het ontbreken van bloemen. Op zijn sociale media schreef hij: “Het was een zoektocht maar uiteindelijk vond ik haar……….en wat een deceptie. Hoe kan zo een wereldster zo worden begraven en achtergelaten.
Een slecht onderhouden graf en amper een bloemetje.” Zijn voornemen om het graf op te knappen volgde snel, maar wat als een nobel gebaar had kunnen lijken, stuitte bij velen – waaronder Youp van ’t Hek – op grote weerstand.
Youp spaart hem geen seconde
In zijn column is Youp ongekend fel. Hij noemt het bezoek aan het graf een actie zonder oprechte bedoeling en wijst naar de aanwezigheid van een camera als bewijs dat het Gordon vooral om aandacht ging. “Uiteraard was er een camera bij.
Dit soort mensen doet niks voor niks. Met z’n cokehoofd!” schrijft hij onomwonden. De cabaretier heeft geen goed woord over voor de motivatie van de zanger. Volgens hem draait alles om zelfverheerlijking en de drang om in de belangstelling te staan. Hij beschrijft Gordon als iemand die “aan zichzelf verslaafd” is en noemt het meenemen van een “karig, bij de benzinepomp gescoord bosje bloemen” ronduit respectloos.
‘Een door coke beschadigd warhoofd’
Youp trekt zijn kritiek verder open en noemt het plan van Gordon een symptoom van verveling en aandachtdrang. Hij beschuldigt de zanger ervan enkel te zoeken naar manieren om in de schijnwerpers te staan, zelfs als dat betekent dat hij de rust van een overleden legende verstoort.
In zijn column laat hij er geen misverstand over bestaan: “De uitgezongen volkszanger dacht onmiddellijk: hier valt wat te halen en misschien kan ik hier internationaal ook een behoorlijk slaatje uit slaan.” Hij drijft het punt verder door en schrijft: “Volgens mij heeft Gordon dat na een paar lekkere lijntjes bedacht.”
Schennis van een legende
De toon in de column wordt grimmiger naarmate het betoog vordert. Youp spreekt van een “doorgesnoven Amsterdamse idioot” die het in zijn “vermolmde harses” haalt om “schaamteloos schennis te gaan plegen op het graf van een van de grootste wereldsterren van de vorige eeuw.”
Daarmee doelt hij op de legendarische status van Whitney Houston en de grofheid van Gordons poging om zich ermee te profileren. Volgens de cabaretier getuigt het hele gebeuren van diepe minachting voor de overledene en haar familie.
Botox, Blaricum en blinde ijdelheid
De persoonlijke aanval wordt nog scherper wanneer Youp suggereert dat Gordon lijdt onder verveling in zijn dagelijkse omgeving, waarbij hij spottend verwijst naar de bezoekers van zijn koffiezaak in Blaricum. Hij stelt dat de zanger “tussen de botoxteefjes” geen doel meer vindt in het leven en zich daarom op dit soort publieke fratsen stort.
“Natuurlijk weet ik ook wel dat het allemaal niet doorgaat en dat het een vloek en een zucht van een door coke beschadigd warhoofd is,” schrijft hij. Maar dan volgt de harde conclusie: “Gaat het niet net even te ver dat hij op het graf van de grote Whitney Houston danst?”
Geen band met Whitney
Als klap op de vuurpijl stelt Youp dat Gordon überhaupt geen enkele band had met Whitney Houston. Hij vergelijkt hem met een marktkoopman van de Albert Cuyp en noemt hem een “vals kwelende” artiest zonder enige verbondenheid met de overleden zangeres. In zijn ogen heeft Gordon dan ook niets te zoeken bij haar graf. “Laat de overledenen met rust,” eindigt hij onverbiddelijk.
Youp van ’t Hek laat in zijn column geen ruimte voor twijfel: hij beschouwt Gordons actie niet alleen als ongepast, maar ook als een diep teken van respectloos gedrag dat volgens hem niet thuishoort in de publieke ruimte, laat staan op de laatste rustplaats van een wereldster.
