De komende jaren wordt bankieren duurder. Grote banken zoals ING en ABN AMRO bereiden hun klanten voor op hogere maandelijkse kosten, die ingaan in 2026. De stijging heeft alles te maken met aangescherpte Europese regelgeving die banken verplicht om verdachte geldstromen intensiever te controleren. Dat extra toezicht kost miljarden in de hele Europese bankensector, en een deel van die kosten wordt nu doorgerekend aan klanten.

Banken kondigen tariefstijgingen aan
ING verhoogt de maandelijkse bijdrage voor betaalrekeningen met 10 tot 30 cent, afhankelijk van het gekozen pakket. Bij ABN AMRO komt daar 60 cent per maand bovenop. Ook diensten zoals spoedbetalingen, papieren afschriften en creditcards worden duurder.
De banken wijzen naar Brussel als directe oorzaak van de stijging. Een woordvoerder van ABN AMRO licht toe: “We zijn meer geld kwijt aan het monitoren van witwasactiviteiten van klanten.” ING bevestigt dat de maatregelen noodzakelijk zijn om het betalingsverkeer “veilig, betrouwbaar en toekomstbestendig” te houden.
Voor klanten lijkt de verhoging op het eerste gezicht beperkt — gemiddeld tussen één en zeven euro per jaar. Toch gaat het voor de banken om honderden miljoenen euro’s aan extra nalevingskosten.
Strengere Europese regels leggen druk op banken
De prijsverhogingen komen voort uit het Europese anti-witwasakkoord dat in 2024 werd aangenomen. Dit akkoord verplicht banken, notarissen en andere financiële instellingen om verdachte transacties onmiddellijk te blokkeren en te melden bij toezichthouders.
Ook in Nederland gelden strikte regels via de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (Wwft). Banken moeten elke klant, zelfs bij kleine bedragen, uitgebreid screenen. Een eenvoudige overboeking naar het buitenland wordt hierdoor onderworpen aan meerdere lagen van controle.

Deze maatregelen vergen niet alleen tijd, maar ook veel geld. Banken investeren fors in software, data-analyse en extra personeel. Sectororganisaties waarschuwen al langer dat de toenemende controledruk de kosten onevenredig verhoogt, terwijl het nut van sommige maatregelen volgens hen beperkt is.
De overheid erkent de zware last van toezicht
Het kabinet benadrukt in recente Kamerbrieven dat banken een belangrijke rol spelen als poortwachters van het financiële systeem. Zij moeten voorkomen dat crimineel geld wordt witgewassen of gebruikt voor terrorisme.
Tegelijkertijd erkent de overheid dat de uitvoering zwaar en kostbaar is. Daarom wordt gewerkt aan een “lastenluwere uitvoering” van de wetgeving. Dat houdt in dat banken hun controles in de toekomst meer mogen richten op risicovolle klanten en transacties, in plaats van standaardprocedures zonder grote impact.
De hoop is dat dit de regeldruk vermindert, zonder dat de veiligheid van het financiële systeem in gevaar komt.
Nieuwe Europese autoriteit in aantocht
Vanaf 2027 wordt toezicht op witwassen verder uitgebreid met de oprichting van de Europese Anti-Money Laundering Authority (AMLA). Deze nieuwe instantie, gevestigd in Frankfurt, krijgt de bevoegdheid om grensoverschrijdende banken rechtstreeks te controleren.
De Europese Unie wil zo voorkomen dat criminelen gebruikmaken van verschillen tussen nationale wetgevingen. Door overal dezelfde regels te hanteren, wordt het lastiger om geld weg te sluizen via landen met soepelere controles.

Voor Nederlandse banken, die al strenge regels volgen, betekent dit opnieuw hogere kosten. Ze moeten blijven investeren in dataverwerking, transactiemonitoring en personeel. Vooral kleinere banken vrezen dat de toenemende regeldruk hun concurrentiepositie aantast.
De gevolgen voor jou als klant
Voor consumenten betekent deze ontwikkeling simpelweg dat bankieren structureel duurder wordt. De maandelijkse verhogingen lijken klein, maar stapelen zich op jaarbasis stevig op. Bovendien zijn deze kosten een vervolg op eerdere prijsstijgingen in de afgelopen jaren.
Critici noemen het oneerlijk dat banken de kosten van toezicht doorschuiven naar klanten, zeker nu veel banken recordwinsten boeken. Volgens de sector zijn die winsten echter grotendeels nodig om te investeren in technologische innovatie en cyberveiligheid. Zonder deze verhogingen zouden die investeringen volgens hen in gevaar komen.
Een financieel analist waarschuwt dat de prijsstijgingen niet het einde betekenen: “Zolang Europese toezichthouders de regels verder aanscherpen, zullen banken de extra kosten blijven doorberekenen.”

Waarom deze maatregelen toch noodzakelijk zijn
Ondanks de kritiek is er brede politieke steun voor de Europese aanpak van witwassen. Volgens Europol wordt jaarlijks naar schatting ruim één biljoen euro aan crimineel geld door het financiële systeem gesluisd. Banken spelen een cruciale rol in het opsporen van deze transacties.
Door hun meldingen kunnen justitie en opsporingsdiensten effectiever optreden tegen financiële criminaliteit. Het toezicht is daarmee niet alleen een kwestie van regels, maar ook van veiligheid en vertrouwen in de economie.
Een balans tussen veiligheid en betaalbaarheid
De uitdaging ligt nu in het vinden van evenwicht. Aan de ene kant is er de noodzaak van streng toezicht; aan de andere kant de wens om bankieren betaalbaar te houden. De roep om meer samenwerking tussen overheid en banken klinkt steeds luider.
Zolang nieuwe Europese wetgeving wordt ingevoerd, zullen banken blijven investeren in veiligheid. De vraag blijft echter wie de rekening betaalt: de instellingen zelf of de miljoenen klanten die afhankelijk zijn van een betrouwbare bankrekening.
Vind jij de stijgende bankkosten een begrijpelijke prijs voor meer veiligheid of een oneerlijke lastenverzwaring? Laat het ons weten in de reacties op Facebook.

