Catherine Keyl is voor velen een bekend gezicht, een vrouw die decennialang een vaste waarde was in het Nederlandse medialandschap. Met haar uitgesproken mening en rustige uitstraling wist ze generaties kijkers te boeien. Nu ze 78 is, kijkt ze terug, maar ook vooruit.
In een recent interview spreekt ze eerlijk en zonder terughoudendheid over haar sterfelijkheid, het verlies van haar zusje en het gevoel dat het einde dichterbij komt dan ooit. Het levert een indringend en menselijk portret op van een sterke vrouw die zich kwetsbaar durft te tonen.
Het verlies van haar zusje laat diepe sporen na
Vier weken geleden verloor Catherine haar jongere zusje Marjolijn aan een ongeneeslijke ziekte. Hoewel ze zich had kunnen voorbereiden op het onvermijdelijke, voelt het verlies rauw en onontkoombaar. De twee zussen hadden de kans om moeilijke gesprekken te voeren en oude wonden te helen.
“We hebben gesprekken gehad over wat ons nog dwars zat naar elkaar toe en dat hebben we allemaal uitgesproken. Dat is toch fijn,” vertelt ze. Het afscheid was pijnlijk, maar ook liefdevol. De dood kwam niet onverwacht, maar het gemis is er niet minder om.
Familie als houvast in een kleiner wordende wereld
Met het overlijden van Marjolijn blijft Catherine als enige over van haar gezin van herkomst. Haar ouders en haar andere zusje zijn eerder overleden. Toch voelt ze zich niet alleen. “Ik heb mijn neef en nicht nog, en hun kinderen. Daar kom ik nu ook net vandaan, dus dat is heel prettig,” zegt ze. Die verbondenheid met familie is voor haar nu belangrijker dan ooit. Het geeft haar structuur, warmte en een gevoel van thuis, juist nu het leven steeds fragieler voelt.
Catherine oogt energiek, maar ze is zich pijnlijk bewust van haar leeftijd. Ze noemt zichzelf realistisch, geen zwartkijker. “Nou ja, ik realiseer me dat ik geen twintig meer ben,” zegt ze nuchter. De vele overlijdens van leeftijdsgenoten, en zelfs mensen die jonger waren, hebben haar geconfronteerd met de onvoorspelbaarheid van het leven. “Dieuwertje Blok, Manuëla Kemp, Jonnie Boer, een heleboel collega’s… Allemaal mensen die ook nog eens twintig jaar jonger zijn dan ik. Ik denk dan: ik zal morgen wel aan de beurt zijn.”
Twijfels over de toekomst, maar zonder angst
Hoewel ze niet met zekerheid durft te zeggen dat ze haar tachtigste verjaardag zal halen, klinkt er geen paniek in haar stem. Alleen verwondering. “Over een jaar ben ik tachtig ja, als ik dat haal. Dat kun je je toch niet voorstellen!” Ze blijft nuchter bij het idee dat het leven elk moment kan stoppen.
“Dat zag je ook bij mijn zusje: van het ene op het andere moment was het gewoon klaar.” Haar acceptatie is even indrukwekkend als ontroerend. Ze leeft met de dood op haar schouder, maar zonder dramatiek.
Een onregelmatige plek in de televisiewereld
Hoewel Catherine geen wekelijkse tv-verschijning meer is, voelt ze zich niet vergeten. Toch verbaast het haar soms dat ze met horten en stoten gevraagd wordt voor programma’s. “Op de een of andere manier word ik altijd bij vlagen gevraagd – en dan weer een tijd niet.
Dat is best gek, ik begrijp dat niet zo goed.” Ze lijkt er niet verbitterd over, maar de wens om af en toe met regelmaat terug te keren is er wel degelijk. “Ik zou het wat regelmatiger willen doen, maar ook weer niet wekelijks.”
Catherine is zich er terdege van bewust dat haar generatie langzaam uit het publieke oog verdwijnt. Ze is zelfs ouder dan Johan Derksen, een feit dat ze met een lach deelt, maar waar ook iets weemoedigs in doorklinkt. De vergankelijkheid van het leven dringt zich steeds vaker op. Vrienden, collega’s, geliefden: steeds vaker vallen ze weg. Toch blijft ze staan, met een mix van mildheid, humor en onverwoestbare waardigheid.
De waarde van loslaten en vrede vinden
Wat Catherine deelt, overstijgt haar eigen verhaal. Het raakt aan iets universeels: hoe je omgaat met verlies, ouder worden en het besef dat het einde ooit komt. Ze nodigt je uit om na te denken over wat er echt toe doet. Om ruzies uit te praten voordat het te laat is. Om vrede te sluiten met jezelf en je verleden. En vooral: om te leven in het moment, want morgen is nooit gegarandeerd.
Bron